De keuze is groot, zelf zeer groot. Naast de hiergenoemde winterharde bol- en knolgewassen uit verschillende soorten, biedt de handel nog vele andere cultivars aan. Dit kleine overzicht omvat de belangrijkste tuintips voor het planten:

– Sierui (Allium) voor het voorjaar en zomer. Plantijd van september tot november. Plantdiepte: al naar gelang bolomvang van 8 tot 15 cm diep.De meeste sieruien houden van zon en een zanderige, humusrijke grond. Van lichte schaduw houden: puinlook (Allium.karataviense) en goudlook (Allium.moly).

– Oosterse Anemoon (Anemoon Blanda). Planttijd  in september tot 6-8 cm diep. In lichte, humusrijke, kalkhoudende grond. In rotstuinen, tussen licht struikgewassen en ook in rozenperken.

– Krokussen (Crocus). Men plant ze in september in dichte groepen tot 8-10 cm diep. Zonnig tot halfschaduw. Botanische of wilde krokussen geven de voorkeur aan de rotstuinen en heesterranden. De boerenkrokus (Crocus tommasinianus) verspreidt zich zeer gemakkelijk, ook op dun begroeide oppervlaktes. De grote tuinkrokus (Crocus vernus- cultivars) zijn geschikt voor borders en gazon als ze minder diep in de grond geplant zijn.

– Sneeuwklokjes (Galanthus nivalis) moeten tijdig in september geplant worden in halfschaduw tot 7-8 cm diep. In de zon mag het tot 10-11 cm diep. Heeft weinig begroeide tuingrond nodig, verdraagt vocht en afgevallen blad. Het grote sneeuwklokje (G.elwesii) houdt van zon, warmte en droogte in de zomer.

– Hyacinten (Hyacinthus) afzonderlijk of in groepjes, hebben zich als perkplanten een naam  verworven. Ze houden van een warme, doorlatende grond en zonnige standplaatsen. In september/oktober planten. Wilde soorten tot 8-10 cm diep. Orientalis-cultivars tot 10-15 cm diep. Ze zijn wel meer veeleisend.

– Dwergirissen (Iris reticulata) plant men in een rotstuin op een warme, doorlatende, zonnige plaats. In zware grond mag men onder de bollen 1 cm dikke laag zand aanleggen. Plantdiepte voor een dwergiris is 6-8 cm diep en wordt liefst in oktober geplant.

– Lelies (Lilium) zijn zomerbloeiers. Men plant ze in september of oktober tot 15-25 cm diep op een zonnige plaats en men zorgt voor een beschaduwd voet. Enkele lelies geven zelf voorkeur aan lichte schaduw van heesters.

– Blauw druifjes (Muscari armenniacum) zoals Witdruifjes (Muscari  botryoides) zijn beide gemakkelijke en sterk. Passen goed bij narcissen. Worden in september of oktober tot 10-12 cm diep in middelzware, warme, niet te vochtige grond geplant. Zo mogelijk op een zonnige plaats.

– Narcissen (Narcissus) voelen zich goed op een licht schaduwplekje, zoals aan de rand van heesters. Plant in september tot 15 – 20 cm diep in een zanderige, leemhoudende, niet te droge grond.  Geliefd zijn de Trompetnarcissen (Narcissus pseudonarcissus) en de late Witte Trosnarcissen (Narcissus poeticus). In het gazon is het aan bevolen niet zo diep te planten (tot 10 cm).

Magische Tuinen